Share

Over horizontale samenwerking lees je vandaag de dag veel. Diverse projecten zijn de afgelopen jaren gestart, maar de resultaten zijn wat mij betreft vaag. Het contrast tussen denken en doen is groot. Leveranciers werken samen met retailers en natuurlijk geeft dit inzicht en leidt dit tot efficiënter werken, maar het blijft onduidelijk wie hiervan profiteert en hoe je de financiële resultaten netjes verdeelt. Het gevoel is toch vooral dat de grootste ook wel het meeste krijgt. Over verticale samenwerking is nauwelijks literatuur bekend en er zijn ook vrijwel geen concrete voorbeelden van te vinden. Met Speed Docking 2015 wordt dit in de Nederlandse foodretail opgepakt.

In een volle zaal bij het dc van Plus in Ittervoort werd dinsdag 24 februari een tipje van de sluier opgelicht over Speed Docking 2015. Belangrijkste conclusie is dat Speed Docking dit jaar veel dieper de keten ingaat door ook stappen te zetten in het beantwoorden van de vraag wát een efficiënt ontvangstproces nu eigenlijk is (uitgedrukt in euro’s) en hoe deze euro’s vervolgens te verdelen over de verschillende ketenpartijen. Ook is aangegeven dat vanuit retail Jumbo Supermarkten en Superunie dit jaar aansluiten, waardoor de meerderheid van de foodretail vertegenwoordigd is.

Met ruim vijftig aanwezigen diende in Ittervoort de vraag zich aan waarom de opkomst in korte tijd zo hoog was, terwijl het geen open inschrijving betrof. Het antwoord is volgens mij simpel. Met Speed Docking wordt het voorbeeld gegeven hóe retailers, leveranciers en logistiek dienstverleners bij elkaar te brengen. Een rondleiding in het dc is dan een goede manier om mensen enthousiast te maken, want zo vaak krijg je als leverancier of logistiek dienstverlener de kans niet om bij de retailer in de keuken te kijken.

Attachétas vol procesverstoringen

Vaak hebben de jaargesprekken tussen de retailers en leveranciers dezelfde boodschap. De retailer vindt de inkooprijs te hoog en de servicelevels te laag. Vervolgens krijgt de fabrikant de opdracht om binnen vier weken terug te komen met een verbetervoorstel. Dit proces kent de fabrikant natuurlijk ook, dus deze heeft een attachétas bij zich vol procesverstoringen, als ondersteunend bewijs dat hij er ook niets aan kan doen. Basisoorzaak: onvoldoende afstemming. Denk hierbij aan voorbeelden als foldervermelding in plaats van instore-acties, ‘2 halen, 1 betalen’ in plaats van ‘3 halen, 2 betalen’, of spoedorders moeten uitleveren, omdat de klantvraag ineens is toegenomen. Maar daar draait het toch ook om, denk ik dan maar.

Jaargesprekken vinden ook vaak op het hoofdkantoor plaats, waardoor je als leverancier je eigen producten niet eens in het dc ziet staan. Ik pleit ervoor om deze gesprekken altijd in een dc te houden, inclusief de zogenaamde gemba walk. Ga maar kijken hoe je producten erbij staan. In mijn C1000-tijd nodigde ik leveranciers en logistiek dienstverleners regelmatig uit in een dc. Je ziet namelijk in de praktijk wat er goed of verkeerd gaat. Dat maakt de communicatie een stuk eenvoudiger, maar nog belangrijker is dat je op een simpele manier begrip voor elkaar krijgt. Niemand in de keten maakt het de ander met opzet moeilijk, lijkt mij. Deze aanpak werkt, zeker als het om complexere processen gaat, zoals de uitrol van het elektronisch verzendbericht en het SSCC-label.

Onbegrijpelijk

Dienstverleners specialiseren zich steeds meer, zeker de top 100. Op zich niet zo verwonderlijk, de marges zijn over het algemeen laag en er is altijd wel iemand die een retourvracht goedkoper kan verzorgen. Binnen Speed Docking zie ik echt een aantal vooruitstrevende logistiek dienstverleners. Zij zien ketensamenwerking als een middel om geld te verdienen. Dienstverleners werken onderling samen, maar zien ook dat het gesprek over leverstiptheid met de opdrachtgevers (de leveranciers dus) plaatsvindt en nauwelijks met de retailers.

Ik vind het onbegrijpelijk dat de logistiek dienstverlener vrijwel nooit een gesprekspartner voor de retailer is waar het de dagelijkse goederenontvangsten betreft. Logistiek dienstverleners werken natuurlijk wel samen met retailers als het bijvoorbeeld gaat om het beleveren van winkels, het uitbesteden van emballage of het aansturen van vers-stromen. Een concreter voorbeeld van verticale samenwerking kan ik niet geven als ik een dienstverlener en een retailer visitekaartjes zie uitwisselen om een afspraak te maken voor het bespreken van het aflevertijdstip. Kost niets, maar levert veel op.

Doorbraak

Verticale samenwerking levert geld op. Het in kaart brengen van het besparingspotentieel door verticale samenwerking is een belangrijk speerpunt van Speed Docking 2015, inclusief het opstellen van een nette verdeelsleutel. Het kwantificeren van ‘what’s in it for me’ helpt zeker bij het realiseren van de samenwerking, maar het is nog maar de vraag of dit tot de doorbraak leidt om goederenontvangstprocessen met 50 procent te verkorten. Ontvangst- en capaciteitsplanningen, één definitie over levertijdigheid, SSCC-labels, wegbewijzering, levertijdvensters en dynamische dock-planningen zijn allemaal goede initiatieven, die bijdragen aan het halveren van de verblijftijden. Speed Docking-onderzoek in 2014 bij diverse retailers heeft aangetoond dat dit kan. Zodra leveranciers, retailers en logistiek dienstverleners met een onafhankelijke partij gaan samenwerken, ontstaat de doorbraak.

Speed Docking

Fabrikanten, zowel van vers, AGF als houdbare producten, kunnen nog steeds aansluiten bij Speed Docking. Dit geldt natuurlijk ook voor logistiek dienstverleners. Tijdens de sessie bij Plus werd aangegeven dat wordt gestreefd naar een bezoek aan een Audi-fabriek. Speed Docking-inzichten én zo’n bezoek wil je toch eigenlijk als echte supply chain professional niet missen? Doe jij ook mee?

Share

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Betrouwbaar | Eerlijk | Team | Empathie | Resultaat